Regels voor aanwezigheidsdiensten en oproepdiensten (consignatie)

Aanwezigheidsdiensten

In paragraaf 4.8 van het Arbeidstijdenbesluit staat een specifieke regeling voor aanwezigheidsdiensten. Tijdens een aanwezigheidsdienst moet een werknemer op de werkplek blijven, zodat hij na een oproep zo snel mogelijk aan het werk kan gaan. Dit mag alleen als het soort werk dat noodzakelijk maakt en het werk redelijkerwijs niet op een andere manier te organiseren is (bijvoorbeeld in de zorg of bij de brandweer). Bovendien moet het werken in aanwezigheidsdiensten in een collectieve regeling zijn afgesproken.

Aanwezigheidsdiensten

Aanwezigheidsdiensten
Norm
Verboden voor jongeren onder de 18 jaar"Minimale rust voor en na een aanwezigheidsdienst11 uur. 1x per week mag deze rust ingekort worden tot 10 uur en 1 x tot 8 uur, indien dit nodig is voor het werk en dit bij collectieve regeling is overeengekomen. Beide inkortingen mogen niet direct achter elkaar worden toegepast en moeten dus worden verspreid over de week.
Compensatie ingekorte rustNa een ingekorte rust moet de eerste daaropvolgende rustperiode worden verlengd met de gemiste uren.
Minimale rusttijd per week90 uur d.w.z., een onafgebroken rustperiode van 24 uur en zes onafgebroken rustperioden van 11 uur.
Bij collectieve regeling: een onafgebroken rustperiode van 24 uur, vier onafgebroken rustperioden 11 uur, een onafgebroken rustperiode van 10 uur en een onafgebroken rustperiode van ten minste 8 uur.
Maximale duur van een aanwezigheidsdienst24 uur
Maximum aantal aanwezigheidsdiensten52 in 26 weken
Gemiddelde werktijd per week48 uur per 26 weken
Gemiddelde werktijd per week (i.g.v. opt out of maatwerkregeling)"60 uur per 26 weken
Mits er schriftelijke instemming van iedere werknemer is die het betreft. De schriftelijke instemming geldt voor 26 weken en wordt stilzwijgend verlengd voor eenzelfde periode, tenzij een werknemer uitdrukkelijk aangeeft dat hij het met die stilzwijgende verlenging niet eens is.
Brontabel als csv (1 kB)

Oproepdiensten (consignatie)

Als een werknemer geconsigneerd is, dan moet de werknemer in de vrije tijd bereikbaar zijn voor spoedgevallen. De regels voor consignatie staan in artikel 5:9 van de Arbeidstijdenwet. Er is sprake van consignatie als aan de volgende drie voorwaarden wordt voldaan:

  1. De werknemer is buiten werktijd bereikbaar voor oproepen. De oproep vindt plaats in de vrije tijd: in het weekend, tussen 2 diensten in of tijdens een pauze.
  2. Bij een oproep gaat de werknemer zo snel mogelijk aan het werk.
  3. De werknemer is bereikbaar voor onvoorziene spoedgevallen.

Meer informatie over oproepdiensten (consignatie) staat uitgelegd op de site van de Rijksoverheid.
 

Consignatie

Consignatie
Norm
Verboden voor jongeren onder de 18 jaar"Aantal consignatie periodesPer 4 weken mag een werknemer maximaal op 14 dagen geconsigneerd zijn.
Per 4 weken mag de werknemer 2 keer 2 aaneengesloten dagen niet werken en ook niet geconsigneerd zijn.
Geen consignatie 11 uur vóór en 14 uur ná een nachtdienst.
Maximale werktijd per dag13 uur
Maximale werktijd per week60 uur
Gemiddeld per week over 16 weken indien per 16 weken meer dan 16x consignatie tussen 00:00 en 06:00 uur wordt opgelegd40 uur
Dit mag ook 45 uur zijn indien er direct na de laatste oproep een onafgebroken rustperiode is van 8 uur of dezelfde dag van de dienst er nog een onafgebroken rustperiode van 8 uur is. Dus voor 24.00 uur.
Brontabel als csv (744 bytes)

Bereikbaarheidsdienst

Consignatie in de zorg wordt ook wel een ‘bereikbaarheidsdienst’ genoemd. Het verschil is dat bij een bereikbaarheidsdiensten het opgeroepen worden een normaal onderdeel is van de functie en dus niet alleen plaatsvindt in noodgevallen. Denk bijvoorbeeld aan een verloskundige. Voor een bereikbaarheidsdienst gelden dezelfde regels als voor consignatie, behalve dat er in dit geval geen 14 oproepvrije dagen hoeven te zijn in 28 dagen. Het aantal oproepdiensten is wel beperkt. Lees meer over oproepdiensten in de zorg in deze brochure.