Mogelijke maatregelen en tips

Bij werken op hoogte kunnen sommige maatregelen de veiligheid vergroten. Bijvoorbeeld door het plaatsen van voorzieningen als leuningen en steigers. Alleen als het gebruik van dit soort voorzieningen niet mogelijk is, mag een werkgever overgaan op beschermingsmiddelen. Daarbij moet de arbeidshygiënische strategie worden gehanteerd. Dat houdt in dat eerst gekeken moet worden naar collectieve beschermingsmiddelen, zoals bijvoorbeeld vangnetten, voordat persoonlijke beschermingsmiddelen mogen worden ingezet. 

Als een hoogteverschil onvermijdelijk is, moet de werkgever onderstaande zaken tot in detail analyseren. De in kaart gebrachte risico’s vermeldt de werkgever in de RI&E en maatregelen nemen om risico’s te voorkomen of zoveel mogelijk te verminderen.

  • De aard van de werkplek. Denk aan de werkplaats, de machines, de uitrusting, het materiaal, de omgeving. 
  • De bron van het gevaar. Denk aan werkhoogte, nabijheid van een afgrond en andere bouwwerken (zoals steigers) in de buurt. 
  • De aard van de werkzaamheden. Denk aan de opdracht, de duur, de frequentie en de lichaamspositie waarin het werk wordt gedaan.
  • De achtergrond van de werknemer. Denk aan bekwaamheid, ervaring, leeftijd, fysieke geschiktheid en mate van hoogtevrees. 

Tips om veilig te werken op hoogte

Werkgevers én werknemers kunnen bijdragen aan het zo klein mogelijk maken van valrisico’s. Hieronder vind je een lijst met nuttige tips. 

  • Stel als werkgever een goede risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) op.
  • Neem in het bouwontwerp al structurele arbeidsmiddelen voor werken op hoogte en valbeveiliging op. 
  • Gebruik tijdens het werk leuningen om ondersteuning te geven en hekken om het werkgebied duidelijk af te bakenen.
  • Scherm openingen in vloeren en wanden af.
  • Neem als werknemer geen onnodige risico’s. 
  • Ruim als werknemer jouw werkplek steeds op om de kans op struikelen, uitglijden of verstappen te verkleinen. 
  • Werk als werknemer alleen met valbeveiliging als er ook mee geoefend is.
  • Gebruik alleen goedgekeurde valbeveiliging (CE-merk fabrikant is voldoende). 

Voorbeelden van persoonlijke beschermingsmiddelen

  • Een valbeveiligingssysteem, met harnasgordel en valdemper. Hierdoor is de gebruiker niet alleen beschermd tegen de val, maar ook tijdens de val en daarna. Wie een harnasgordel gebruikt, moet weten hoe het systeem werkt en hoe hij of zij moet handelen in geval van nood. Daarom is het verplicht medewerkers te trainen in het gebruik. 
  • Een vallijn. Dit maakt vallen onmogelijk, omdat de persoon niet bij de rand van een hoogte kan komen en niet tot aan de grond kan vallen.