Drukapparatuur keuringen en CE-markeringen

Drukapparatuur gefabriceerd volgens de voorschriften van de Richtlijn drukapparatuur en voorzien van een CE-markering kan binnen de Europese Economische Ruimte vrij verhandeld worden. Deze apparatuur hoeft niet te worden (her)keurd wanneer het elders in Europa op de markt wordt gebracht. Ook hoeft de apparatuur niet meer te worden aangepast aan de nationale eisen van andere landen.

Ook ondernemers hebben baat bij de CE-markering: bij de aanschaf van drukapparatuur hoeft niet zelf te worden nagegaan of deze wel aan de betreffende richtlijnen voldoet. De CE-markering biedt daartoe voldoende zekerheid. Lees de Richtlijn drukapparatuur.

Voor welke apparatuur geldt de Richtlijn drukapparatuur?

De richtlijn heeft betrekking op alle door de fabrikant nieuw te bouwen, stationair opgestelde drukapparatuur en samenstellingen met een maximaal toelaatbare druk van meer dan 0,5 bar, zoals:

  • drukvaten;
  • stoomketels;
  • installatieleidingen;
  • veiligheidsappendages voor de beveiliging van drukapparatuur.

Sommige drukapparatuur valt niet onder de richtlijn zoals:

  • transportleidingen voor o.a. aardgas, olie en water;
  • drukapparatuur met een flexibele wand zoals opblaasboten, hefkussens of autobanden;
  • flessen en blikjes met koolzuurhoudende dranken;
  • vaten voor vervoer van dranken;
  • radiatoren en verwarmingsbuizen;
  • vaten en opslagtanks waarvan de maximaal toelaatbare druk 0,5 bar of lager is.

Drukapparatuur die onder de uitzonderingen valt hoeft dus niet te voldoen aan de eisen van de Richtlijn drukapparatuur. Op deze apparatuur blijft, voor zover aanwezig, de nationale wetgeving van toepassing.

De volgende vormen van drukapparatuur zijn uitgezonderd van de Richtlijn drukapparatuur omdat zij vallen onder andere wetgeving:

  • Vervoerbare drukapparatuur valt onder het Ministerie van Verkeer en Waterstaat en de Europese Richtlijn vervoerbare drukapparatuur die op 1 juli 2001 in werking is getreden.
  • Drukapparatuur voor nucleair gebruik valt onder de Kernenergiewetgeving.

Aan welke eisen moet nieuw te bouwen drukapparatuur voldoen?

Fabrikanten die ervoor willen zorgen dat hun producten voldoen aan de eisen van de Europese Richtlijn en hun producten op de Europese markt willen verhandelen, moeten de volgende stappen ondernemen:

  1. Risico-analyse: tijdens het ontwerpen en vervaardigen van een nieuw product een risico-analyse maken om na te gaan welke gevaren bij de apparatuur bestaan ten gevolge van druk.
  2. Ontwerp: het ontwerpen en vervaardigen van het product in overeenstemming met de essentiële veiligheidseisen.
  3. Documentatie: het ontwerp documenteren in een 'technisch constructie dossier'. (Zie bijlage III (p. 34) van de richtlijn).
  4. De keuring van een onafhankelijke keurinstelling: nagaan of bij het product keuring nodig is van een onafhankelijke instelling. Bij een product met een laag risico mag dit onder eigen verantwoordelijkheid op de markt gebracht worden. Bij toename van het risico schrijft de richtlijn een keuring van een onafhankelijke instelling voor (in de richtlijn wordt een dergelijke instelling een 'aangemelde instantie' genoemd.) Bij toename van het risico kan geen CE-markering op het product aanbracht worden zonder een dergelijke keuring vooraf.
  5. De CE-markering: een verklaring van overeenstemming opstellen en een CE-markering aanbrengen op de drukapparatuur.
  6. De gebruiksaanwijzing: een gebruiksaanwijzing bij het product voegen waarin staat:
  • hoe het product moet worden geïnstalleerd;
  • hoe het product in bedrijf moet worden gesteld;
  • hoe het product moet worden gebruikt;
  • hoe het product moet worden onderhouden.

Wie is verantwoordelijk voor de keuring van drukapparatuur vóór gebruik?

De gebruiker van de drukapparatuur is verplicht om de apparatuur vóór het eerste gebruik te keuren. De keuring moet worden verricht door een door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid goedgekeurde keuringsinstellingen. De Nederlandse Arbeidsinspectie is verantwoordelijk voor de controle op de uitvoering van de keuring.

Wie is verantwoordelijk voor de keuring van drukapparatuur tijdens het gebruik?

Sinds 1 augustus 2005 gelden er nieuwe regels voor de periodieke herkeuring van drukapparatuur met een maximaal toelaatbare druk hoger dan 0,5 bar. Net als bij de keuring vóór gebruik valt de periodieke herkeuring tíjdens de gebruiksfase onder verantwoordelijkheid van de werkgever.

Ook hier geldt dat het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid keuringsinstellingen aanwijst die de periodieke herkeuring mogen uitvoeren en wijzigingen en reparaties aan drukapparatuur moet begeleiden.

Gebruikers kunnen de herkeuring op elk moment in het jaar laten uitvoeren. Zelfs is het in geval van bijzondere redenen mogelijk om bij een keuringsinstelling een aanvraag te doen voor het overschrijden van het herkeurjaar met maximaal 6 maanden.

Regels hieromtrent zijn terug te vinden in het Warenwetbesluit drukapparatuur.

Voor bestaande drukapparatuur geldt het volgende:

  • Als een periodieke herkeuring van toepassing is, geldt de nieuwe regelgeving pas na afloop van de lopende herkeurtermijn.
  • Voor bestaande drukapparatuur waar geen periodieke herkeuring door een instelling van toepassing is verandert er niets. Deze apparatuur blijft onder de zorgplicht van de gebruiker vallen.

De regelgeving beperkt zich tot technische eisen aan drukapparatuur. Eventuele eisen aan de plaats van opstelling van de apparatuur worden voorschreven door de vergunningverlener.

Belangrijke documenten