Wat zegt de wet over knelgevaar, pletgevaar en snijgevaar?
Bij het werken met machines en andere arbeidsmiddelen gelden duidelijke regels om ongelukken te voorkomen. In het Arbobesluit staan de belangrijkste verplichtingen over veiligheid, onderhoud en noodstopvoorzieningen.
Maatregelen nemen
Werkgevers moeten maatregelen nemen om te voorkomen dat werknemers worden geraakt door voorwerpen, vloeistoffen of gassen. Ook het risico op beknelling moet zoveel mogelijk worden beperkt (Arbobesluit, artikel 3.17). Hierbij hebben collectieve maatregelen – zoals afschermingen en afscheidingen – voorrang boven individuele bescherming, zoals persoonlijke beschermingsmiddelen.
Onderhoud en keuringen van arbeidsmiddelen
Machines en arbeidsmiddelen moeten veilig worden gebruikt en regelmatig worden gekeurd (artikel 7.4A). Dit geldt vooral voor machines zoals hout- en metaalbewerkingsmachines. Daarnaast moeten arbeidsmiddelen goed worden onderhouden zodat ze geen gevaar opleveren (artikel 7.5). Dit betekent dat:
- Werkgevers een onderhoudsplan moeten hebben. Lees hier meer over het opstellen van een onderhoudsplan voor machines.
- Het onderhoudsboek goed moet worden bijgehouden.
- Montage en demontage altijd veilig moet gebeuren volgens de instructies van de fabrikant.
Veilige bediening en stopzetten van machines
Machines mogen alleen worden ingeschakeld door een opzettelijke handeling met een daarvoor bedoeld bedieningssysteem (artikel 7.14). Daarnaast moet een arbeidsmiddel op elk belangrijk punt een stopknop hebben, zodat het geheel of gedeeltelijk kan worden stilgezet en de energietoevoer wordt onderbroken (artikel 7.15).
Noodstopvoorziening
Sommige machines moeten een noodstop hebben, bijvoorbeeld als de normale stopknop niet snel genoeg werkt bij gevaar (artikel 7.16). Dit helpt om ongelukken te voorkomen.