Ouderen en werk

Oudere werknemers brengen veel kennis en ervaring met zich mee. Juist met het zicht op vergrijzing en ontgroening wordt het zaak het arbeidspotentieel slim in te zetten. Voor wie dat mogelijk is zou zo lang mogelijk moeten doorwerken. Dit vraagt wel om aandacht voor belastbaarheid, motivatie en ontwikkeling, om (vroegtijdige) uitval te voorkomen en de inzetbaarheid op peil te houden.

Ouderen optimaal inzetten

Voor alle werknemers, en zeker voor oudere werknemers, is het van belang erop te letten dat de werkbelasting aansluit op wat de werknemer aan kan. Als het werk te zwaar dreigt te worden, moet gekeken worden of de werkinhoud of -organisatie aangepast kan worden. Bij tijdig ingrijpen kan vaak voorkomen worden dat een werknemer zich ziek meldt of zelfs moet stoppen met werken.

Oudere werknemers die hun werk te zwaar vinden, hebben vaak te maken met:

  • hoge tijdsdruk, in combinatie met weinig regelmogelijkheden;
  • zware fysieke belasting (rug-, knie-, heupbelasting);
  • zich snel ontwikkelende technologie;
  • onregelmatige diensten of ploegendienstverband.

Om vroegtijdige uitval te voorkomen is het zeker bij functies met deze elementen van belang tijdig te zoeken naar en werknemers voor te bereiden op alternatieve taken en functies. Met speciale onderzoeken (bijvoorbeeld Periodiek Medisch Onderzoek (PMO-Levensfase, STECR), Work Ability Index) kan onderzocht worden of een werknemer nog in staat is om het werk goed en veilig uit te voeren. 

Arbeidsomstandigheden en -voorwaarden

Goede arbeidsomstandigheden kunnen veel bijdragen aan een duurzame inzetbaarheid van werknemers. Wanneer er op de eigen situatie afgestemde voorwaarden worden gecreëerd, zullen werknemers langer en productiever kunnen werken. Voorbeelden zijn:

  • taakroulatie;
  • inzet van hulpmiddelen om fysieke belasting te verminderen;
  • meer invloed op de werkdruk;
  • samenwerken bij zware klussen.

Ook op het gebied van arbeidsvoorwaarden zijn er verschillende mogelijkheden. Het meest bekend zijn de ‘ontziemaatregelen’ zoals extra vrije dagen voor oudere werknemers. In steeds meer cao’s worden deze echter afgeschaft. In plaats van de ontziemaatregelen kunnen in de cao nieuwe maatregelen worden vastgelegd die de inzetbaarheid bevorderen, bijvoorbeeld levensfasebewust personeelsbeleid, scholing of aanpassing van arbeidstijden voor ouderen. In veel organisaties waar oudere werknemers langer doorwerken, ligt het accent niet zozeer op de leeftijd maar op de belastbaarheid en individuele wensen van de werknemer.

Zo kunnen organisaties bijvoorbeeld à-la-carte-systemen gebruiken (keuzemenu’s) waarin werknemers kunnen aangeven van welke voorwaarden zij gebruik willen maken. Enkele voorbeelden:

  • (om)scholing;
  • (meer) thuiswerken;
  • langere werkdagen (4x9 uur) afgewisseld met meer vrije dagen;
  • flexibele contracten (oproepkrachten voor piekperiodes);
  • verlofdagen (ver)kopen;
  • sparen voor sabbatical.