Meer aandacht voor arbeidsmigranten in arbobeleid

Arbeidsmigranten zijn onmisbaar in vitale sectoren in Nederland, zoals de land- en tuinbouw en voedingsindustrie. Deze circa 532.660 arbeidsmigranten worden veel ingezet voor werk met hoge arbeidsrisico’s, maar tegelijkertijd zijn zij vaak niet zelfredzaam. Zij zijn sterk afhankelijk van hun werkgever of uitzendbureau en vormen hiermee een kwetsbare groep.

Om misstanden in de werk- en leefsituatie van arbeidsmigranten tegen te gaan en de afhankelijkheid van arbeidsmigranten van hun werkgever te verkleinen, bood het Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten vorige week een tweede advies aan het kabinet aan. Daarnaast ging een groep arbodeskundigen eind augustus om tafel om de specifieke rol van de werkgever te bespreken in het verbeteren van de arbeidsomstandigheden van arbeidsmigranten.

Verantwoordelijkheden van de werkgever en uitzendbureau

Een belangrijk advies van het Aanjaagteam is om tot een verplichte certificering te komen voor uitzendbureaus en een boete voor bedrijven / inleners die werken met niet-gecertificeerde uitzendbureaus. Als onderdeel van deze certificatie zou moeten worden gecontroleerd of de RI&E van de inlener beschikbaar wordt gesteld aan de uitzendkrachten en of de uitzendkrachten actief worden geïnformeerd bij welke arbodienst(en) ze terecht kunnen met werk-gerelateerde gezondheidsklachten. Ook zou de werkgever de arbeidsmigrant actief moeten informeren over rechten en plichten die samenhangen met het verblijf in Nederland (zoals inschrijven in een gemeente).

Daarnaast stelt het Aanjaagteam voor om een verplichting in de Arbowet op te nemen voor het uitzendbureau om arbeidsongevallen te melden bij Inspectie SZW. Dit betekent dat werkgevers in de toekomst ook arbeidsongevallen moeten melden aan het uitzendbureau. Hiermee hoopt het team het aantal arbeidsongevallen in Nederland te verlagen; op dit moment is namelijk één op de vier geregistreerde slachtoffers van een arbeidsongeval een uitzendkracht of zelfstandige. Het aanjaagteam adviseert ook dat inleners en uitzendbureaus nadrukkelijk in hun jaarverslagen aspecten van eerlijk werk en goed werkgeverschap opnemen, zoals informatie over de arbeidsduur, zorgverzekeringen, huisvesting en gezond en veilig werken. Op die manier komt er meer transparantie over hoe werkgevers omgaan met arbeidsmigranten.

Adviezen voor structurele verbetering arbeidsomstandigheden

In aanvulling op de adviezen van het Aanjaagteam, benadrukken arbodeskundigen dat een betere uitvoering van de Arbowet nodig is voor de verbetering van de arbeidsomstandigheden van arbeidsmigranten. Zij benoemen dat werkgevers hierbij een cruciale rol spelen – werkgevers horen bij alles wat zij doen rekening te houden met arbeidsmigranten en ervoor te zorgen dat deze werknemers op de hoogte zijn van dit beleid. De arbodeskundigen adviseren daarom een totaalaanpak, die onder andere bestaat uit:

  1. Het opstellen door de werkgever van een goede Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E). Deze houdt rekening met de specifieke risico’s per taak voor arbeidsmigranten.
  2. Het verzorgen van voorlichting in de juiste taal en toetsen of men het ook daadwerkelijk begrepen heeft.
  3. Een Periodiek ArbeidsGezondheidskundig Onderzoek (PAGO) aanbieden aan arbeidsmigranten.
  4. Arbodeskundigen verder professionaliseren op het gebied van specifieke arbeidsrisico’s voor arbeidsmigranten. Daarnaast moeten uitzendbureaus op de hoogte te zijn van die risico’s en moeten arbeidsmigranten meer worden betrokken bij het zoeken naar oplossingen.
  5. Het proces voor uitvoering van de wet verbeteren. Zo is er specifiek toezicht op de arbeidsomstandigheden van arbeidsmigranten nodig en moet er gezorgd worden voor betere toegang tot arbozorg (zoals de bedrijfsarts) voor arbeidsmigranten.

Voor meer informatie over de adviezen van de arbodeskundigen, lees de resultaten van de expertsessie.