“Hoe makkelijker je ze het kan maken hoe meer je aan ze hebt”

“Hoe makkelijker je ze het kan maken hoe meer je aan ze hebt”

In de werkplaats staan Jan van Acquoy, Seth van Ringelenstijn, zijn vader Rob van Ringelenstijn en Mark van der Donk. Samen zorgen ze voor vermindering van lichamelijke belasting in de bouw, met name door gebruik te maken van gipskartonplaatbokken. Deze bokken zijn een soort van houten jukken waar gipskartonplaten verticaal op neergezet kunnen worden. Het feit dat ze dit volgens de TOP-strategie doen, met technische maatregelen, zoals deze zelf geproduceerde en ontworpen bokken, organisatorische maatregelen en persoonlijke maatregelen, maakt dat de mannen een TOP-team vormen.

“Gipsplaten zijn zwaar”

“Gipsplaten zijn zwaar.”, begint Jan, directeur en mede-eigenaar van een bedrijf dat gespecialiseerd is in het leveren en aanbrengen van gipskartonplaatwanden en -plafonds. “Dat is dan ook de voornaamste lichamelijke belasting die bij ons als afbouwbedrijf voorkomt; het tillen, dragen en verplaatsen van verschillende soorten gipskatonplaten.”

Vroeger werden de gipskartonplaten op een pallet aangeleverd op de plek waar ze nodig waren en lagen ze dus plat op de werkvloer. Om ze te kunnen gebruiken moesten ze vanaf een lage positie opgetild en getransporteerd worden. Jan: “Dit leidde onder andere tot rugklachten bij met name oudere werknemers die tegen hun pensioen aanliepen. Vroeger werd de link met het zware werk nauwelijks gelegd en waren er ook veel minder hulpmiddelen beschikbaar.”

Tegenwoordig moeten de platen verticaal neergezet worden op de plek waar ze gebruikt worden, zodat ze niet langer met gebogen rug opgetild hoeven te worden. “Met Jan zijn we toen heel veel verschillende bokken gaan bekijken qua ontwerp en uitvoering.”, zegt Seth. Seth is directeur en eigenaar van een bedrijf dat houtgerelateerde producten voor de droge afbouw produceert en levert, ook aan Jan.

Jan vult aan: “We hebben samen een bok ontworpen die Seth voor ons is gaan produceren en wat we overal gebruiken waar we wanden en plafonds plaatsen. Toen we begonnen met de bokken op de bouwplaats was de wereld te klein. De jongens vonden het onzin om de platen verticaal en van de vloer neer te zetten, ze lagen immers al jaren plat en dat ging goed. Maar inmiddels willen ze niets anders meer.” Ook NOA (de Nederlandse Ondernemersvereniging voor Afbouwbedrijven), heeft de bokjes omarmt en een ontwerprichtlijn en een testprotocol opgesteld, zodat de bokjes aan de veiligheids- en gezondheidseisen voldoen.

“Je kunt niet de hele dag fysiek zwaar werk doen”

Mark werkt als vrachtwagenchauffeur en kraanmachinist voor Jan. Hij is verantwoordelijk voor het complete transport op de bouwplaats van gipskartonplaten . Hij staat zelf iedere dag met zijn transportteam op de bouwplaats en vult aan: “Je kunt niet de hele dag door volle bak lichamelijk zwaar werk doen. Dus ik zeg altijd tegen de jongens, het heeft geen zin om tien van die platen tegelijk te pakken. Als je 's ochtends begint met lopen, houd je dat de hele dag vol. Als je ‘s ochtends begint met rennen, lig je 's middags op de bank. Met lopen kom je uiteindelijk het verst. Doordat onze autolaadkraan de pakketten verticaal voor de gevelopening kan houden, is het tillen en bukken tot een minimum beperkt. Het overzetten van de gipskartonplaten van de transportkar op de bokken verloopt daardoor arbo-vriendelijk. Het transport van plaatmateriaal wordt wordt bovendien afgewisseld met het transport van andere (lichtere) afbouwmaterialen.”

Naast technische maatregelen neemt Jan met zijn bedrijf ook organisatorische maatregelen om lichamelijke overbelasting tegen te gaan. En voor het werk dat overblijft worden er persoonlijke maatregelen genomen, zoals goede schoenen, bedrijfskleding en het gebruik van handschoenen en overige PBM’s.

Ook Seth doet in zijn bedrijf veel om lichamelijke belasting tegen te gaan. Zo vertelt Rob, de vader van Seth: “Ik ben ooit op de oprit op mijn knieën begonnen met zagen. Inmiddels werken we hier met zes man en hebben we veel hulpmiddelen ter ondersteuning, zoals een vacuümheffer om hout- en plaatmateriaal te verplaatsen. We hebben tafels op maat laten maken zodat houtproducten er zo op glijden vanuit de zaagmachine en je ze niet meer hoeft te tillen.” Naast deze technische maatregelen worden er ook organisatorische maatregelen getroffen, zoals het nemen van voldoende rustmomenten en werkafwisseling.” Persoonlijke maatregelen zijn ook getroffen: “iedereen kiest hier zijn eigen veiligheidsschoenen, en mag zelf bepalen welk gereedschap het prettigst werkt.”

“Zonder mensen heb je geen producten”

Jan en Seth zijn het erover eens dat het van belang is om als werkgever en werknemer samen te werken om lichamelijke belasting aan te pakken. Jan: “Je moet als werkgever je verantwoordelijkheid nemen. Ik voel me verantwoordelijk als er iemand thuis komt te zitten die ik te lang met verkeerde hulpmiddelen heb laten werken.” Seth: “Wij werken allemaal in dezelfde werkplaats, dus onze mensen melden het gelijk als ze ergens last van hebben. Vervolgens bedenken we meteen samen een oplossing.”

Ze zijn trots op hoe ze dat zelf binnen hun bedrijf hebben aangepakt. “Ik ben het meest trots op de balans tussen goed werkgeverschap en onze opbrengst.”, aldus Jan. Seth is trots op de opdeelzaag en CNC machine waarin ze onlangs in hebben geinvesteerd. “Die machines hebben veel lichamelijke belasting weggenomen. Je hoeft bijna niets meer te tillen. Je legt de plaat op de machine en die zaagt of freest vervolgens alles op maat. Zo leveren we veel meer producten af met veel minder inspanning.” Zijn vader vult aan: “Zonder mensen heb je geen producten. Dus hoe makkelijker je ze het kan maken, hoe meer en langer je er plezier aan hebt!”