Optische straling

Het spectrum van de optische straling wordt ingedeeld in ultraviolette straling (uv-straling), zichtbaar licht en infrarode straling. Daarnaast kan optische straling worden onderverdeeld in natuurlijke en kunstmatige optische straling. In natuurlijk optische straling, zoals zonlicht, zit naast zichtbaar licht altijd uv- en infraroodstraling. Kunstlicht kan meer of minder van dergelijke straling bevatten. Lasers zenden gemanipuleerd licht uit, soms met een grote energetische intensiteit. 

Optische straling

Gezondheidsrisico’s

Optische straling is niet per definitie schadelijk. Alleen als de blootstelling sterk of langdurig genoeg is, ontstaan risico's voor de ogen en huid. Sterke infraroodstraling en uv-straling kunnen het netvlies en hoornvlies van het oog beschadigen. Door uv-straling kan het hoornvlies ontsteken en vertroebelen en een pijnlijk, branderig gevoel geven. Dit wordt ook wel “sneeuwblindheid” of “lasoog” genoemd. Door langdurige blootstelling aan infrarood en uv-straling kan staar ontstaan, een vertroebeling van de ooglens. Zichtbare of infrarode laserstraling kan door de ooglens nog eens extra geconcentreerd worden en het netvlies onherstelbaar beschadigen, waardoor blindheid ontstaat. Ook een laserbundel met een frequentie in uv- of infraroodstraling kan het hoornvlies beschadigen of staar veroorzaken. Infraroodstraling kan het lichaam te veel opwarmen en de huid verbranden. Uv-straling kan ook de huid verbranden en op de lange termijn tot huidveroudering en een verhoogde kans op huidkanker leiden. Laserstraling kan de huid lokaal verbranden en beschadigen. Beperkte blootstelling en goede bescherming tegen optische straling zijn daarom noodzakelijk.

Risicoberoepen

Schadelijke kunstmatige optische straling komt op veel werkplekken voor. Zo bestaat bij booglassen en bij speciale lampen voor drogen, uitharden of ontsmetting kans op blootstelling aan sterke uv-straling. Sterke laserstraling wordt bijvoorbeeld in de industrie toegepast bij het bewerken van materialen en in ziekenhuizen bij medische en cosmetische ingrepen. Bij het smelten, gieten, walsen of spuiten van metaal of glas kan schadelijke infraroodstraling vrijkomen. Werkgevers waarbij dergelijke bronnen voorkomen, moeten de risico's ervan dan ook inventariseren en evalueren, maatregelen treffen ter voorkoming en/of vermindering van blootstelling en de betreffende werknemers hiervan op de hoogte brengen.

Wettelijke bepalingen kunstmatige optische straling

Afdeling 4a ‘Kunstmatige optische straling’ van hoofdstuk 6 van het Arbeidsomstandighedenbesluit bevat specifieke bepalingen over risico’s van kunstmatige optische straling. Daaronder vallen de grenswaarden voor blootstelling, de risico-inventarisatie en -evaluatie, maatregelen ter beperking van de blootstelling, voorlichting, opleiding en arbeidsgeneeskundig onderzoek.

Daarnaast moeten werknemers voldoende worden voorgelicht over de risico’s en de beschermingsmogelijkheden. Ook moeten er duidelijke waarschuwingsborden worden geplaatst op werkplekken waar werknemers blootgesteld zouden kunnen worden aan optische straling. 

Grenswaarden

Voor de blootstelling aan kunstmatige optische straling zijn grenswaarden opgesteld. Deze zijn te vinden in de Europese Richtlijn 2006/25/EG.

Werknemers mogen in geen geval worden blootgesteld aan straling die boven die grenswaarden ligt. Worden deze toch overschreden, dan moet de werkgever onmiddellijk maatregelen treffen om de blootstelling terug te brengen tot onder het niveau van de grenswaarden.

Ter ondersteuning van het proces van de risico- inventarisatie en –evaluatie (RI&E) heeft de Europese Commissie een gids met goede praktijken bij richtlijn 2006/25/EG laten opstellen.