Welke rol spelen vetrouwenspersonen en bedrijfsmaatschappelijk medewerkers?

Welke rol kunnen vertrouwenspersonen en bedrijfsmaatschappelijk werkers vervullen als het gaat om Werkstress? We vroegen het aan Piet de Boer, bestuurslid Landelijke Vereniging van Vertrouwenspersonen (LVV) en vertrouwenspersoon/mediator/trainer bij organisatie adviesbureau Winston & Partners, en Janneke Neeteson, bestuurslid van de Functiegroep Bedrijfsmaatschappelijk werk van de Beroepsvereniging van Professionals in Sociaal Werk (BPSW, voorheen NVMW) en bedrijfsmaatschappelijk werker bij Franciscus Gasthuis & Vlietland.

Als het gaat om Psychosociale Arbeidsbelasting, wat is dan eigenlijk de rol van de Bedrijfsmaatschappelijk werkers en de vertrouwenspersonen?

Zowel de vertrouwenspersoon als de bedrijfsmaatschappelijk werker houden zich bezig met de sociale veiligheid op de werkvloer en met Psychosociale arbeidsbelasting (PSA). In de PSA onderwerpen werkdruk en ongewenste omgangsvormen zit een overlap. In de taken echter zit het verschil.

Wat is dat verschil dan?

Janneke: Bedrijfsmaatschappelijk werk biedt hulpverlening bij verstoorde arbeidsverhoudingen en persoonlijke problemen in werksituaties zoals bijvoorbeeld stress, disbalans werk/privé, sub-assertiviteit of omgang met ingrijpende gebeurtenissen. Zij adviseert daarnaast het management en P&O ten aanzien van het omgaan met medewerkers met psychosociale problemen, re-integratie en het sociaal beleid. De bedrijfsmaatschappelijk werker opereert vanuit een onafhankelijke positie. Het bedrijfsmaatschappelijk werk biedt informatie, advies, bemiddeling en/of kortdurende oplossingsgerichte begeleiding. De gesprekken zijn, net als bij de vertrouwenspersoon, altijd vertrouwelijk.

De bedrijfsarts, leidinggevenden en P&O kunnen medewerkers voor hulp verwijzen, maar vaak kunnen medewerkers ook zonder verwijzing terecht. De problemen zijn uiteenlopend, maar werkstress en ongewenste omgangsvormen zijn regelmatig voorkomende problemen.

Piet: De vertrouwenspersoon stelt zich in tegenstelling tot de bedrijfsmaatschappelijk werker niet op als hulpverlener. Een ander belangrijk verschil is dat de vertrouwenspersoon zich alleen richt op het gebied van ongewenst gedrag, zoals seksuele intimidatie, discriminatie, pesten, agressie en geweld. Het werkterrein is dus minder breed dan dat van de bedrijfsmaatschappelijk werker. De vertrouwenspersoon houdt zich bijvoorbeeld niet bezig met reorganisaties en werkdruk.

De primaire taak van een vertrouwenspersoon ongewenste omgangsvormen is opvang en begeleiding van medewerkers die hiermee te maken hebben. Doel is dat het ongewenste gedrag stopt. De vertrouwenspersoon gaat achter de melder staan, heeft een strikte geheimhoudingsplicht, rapporteert daarom ook alleen geanonimiseerd aan het hoger management en neemt geen actie zonder toestemming van de melder. Hij is gericht op empowerment van het slachtoffer van ongewenst gedrag.

Wanneer een klager zijn klacht wil indienen bij een klachtencommissie, is de vertrouwenspersoon beschikbaar voor ondersteuning van de klager.

Hoe gaat dat als het gaat over werkstress?

Janneke: voor het bedrijfsmaatschappelijk werk is het zaak om zowel aandacht te geven aan afdelingen wat betreft PSA -bijvoorbeeld signaleren wanneer de werkdruk structureel te hoog is, of wanneer er sprake is van ongewenste omgangsvormen- en dat bespreekbaar maken (nooit zonder toestemming van de medewerker) bij de leidinggevende en/of P&O, als werken aan de situatie van de medewerker; wat kan iemand in werk en privé doen om zijn energie beter te verdelen, de stressfactoren aan te pakken en om weer gezond en met plezier aan de slag te kunnen.

En bij de vertrouwenspersoon?

Piet: de vertrouwenspersoon heeft naast individuele ondersteuning ook een duidelijk preventieve taak. Hij adviseert ten aanzien van het beleid omtrent ongewenste omgangsvormen en geeft voorlichting aan teams en managers over tegengaan en aanpak van ongewenste omgangsvormen teneinde werkstress te voorkomen. Uiteindelijk is het de bedoeling dat medewerkers in een veilig werkklimaat en op prettige wijze kunnen werken.