Verstikkings- en bedwelmingsgevaar

Een werknemer kan in een ruimte risico lopen op bedwelming of verstikking wanneer deze ruimte bijvoorbeeld weinig of geen ventilatie heeft. Raakt iemand bedwelmd, dan wordt diegene suf en kan hij of zij niet meer goed of juist handelen. Dit kan leiden tot verstikking met als gevolg soms blijvende gezondheidsschade of de dood. Het is daarom van belang de kans op bedwelming en verstikking te verkleinen, of het gevaar hierop volledig weg te nemen. 

Besloten ruimte

Besloten ruimtes zijn ruimtes met gevaar voor verstikking, bedwelming, vergiftiging, brand en explosie. Om het risico op bedwelmings- en verstikkingsgevaar binnen jouw organisatie in te kunnen schatten, is het belangrijk om te controleren of er op de werkvloer sprake is van een besloten ruimte. Een besloten ruimte heeft weinig tot geen ventilatie, beperkte bewegingsruimte, en een moeilijke toegang of vluchtmogelijkheid.

Voorbeelden van besloten ruimtes zijn:

  • kruipruimten; 
  • mestkelders en giertanks op agrarische bedrijven; 
  • graansilo’s;
  • rioleringsstelsels; 
  • opslagtanks; 
  • tankwagens voor vervoer van vloeistoffen, vaste stoffen en gassen; 
  • dubbele wanden op schepen; 
  • bierkelders; 
  • zeecontainers.

Een besloten ruimte hoeft niet altijd een afgesloten ruimte of binnenruimte te zijn. Ook buiten kunnen gevaarlijke situaties ontstaan door slechte ventilatie en beperkte vluchtmogelijkheden. Dit gebeurt bijvoorbeeld in diepe bouwputten, smalle geulen, rioolputten, of grote opslagtanks in de open lucht. Ook overkapte laadperrons, scheepsruimen of afgedekte waterbassins kunnen door bepaalde risico’s als besloten ruimtes worden beschouwd. Kortom: niet de vorm, maar de gevaren zoals slechte ventilatie en beperkte ontsnappingsmogelijkheden zijn doorslaggevend.

Zuurstoftekort, zuurstofoverschot en (gevaarlijke) stoffen in een besloten ruimte

De eigenschappen van een besloten ruimte kunnen risico’s vergroten of verkleinen, bijvoorbeeld risico’s op brandgevaar of een explosieve atmosfeer. De meest voorkomende risico’s zijn zuurstoftekort, zuurstofoverschot en (gevaarlijke) stoffen. Bij een zuurstoftekort of (gevaarlijke) stoffen wordt het bedwelmings- of verstikkingsgevaar groter, omdat deze de zuurstof verdrijven of verbruiken. Ook kan een gevaarlijke stof verdovend werken.